HOE VOORKOM JE EEN WINTERDIP?

HOE VOORKOM JE EEN WINTERDIP?

Je hoort en ziet vaker dat mensen tijdens de winter een beetje een dipje hebben. Een winterdip komt volgens Radar bij een 1 op de 3 mensen voor. Een winterdip kan eigenlijk niemand gebruiken, want ook op je werk kan je hier last van hebben. Je wordt minder productief en je krijgt steeds minder zin om naar je werk te gaan. Hieronder geven we enkele tips om een winterdip te voorkomen: 

𝟭. 𝗭𝗼𝗲𝗸 𝗵𝗲𝘁 𝗱𝗮𝗴𝗹𝗶𝗰𝗵𝘁 𝗼𝗽 

Een winterdip heeft vooral te maken met  de beperkte hoeveelheid daglicht. De dagen zijn korter en de zonsterkte is lager. Hierdoor maakt je lichaam meer melatonine aan waardoor je slaperig blijft. Zorg ervoor dat je voldoende daglicht naar binnen haalt en ga, ook al is het niet zo’n lekker weer, elke dag even naar buiten. 

𝟮. 𝗭𝗼𝗿𝗴 𝗱𝗮𝘁 𝗷𝗲 𝗴𝗲𝗻𝗼𝗲𝗴 𝗯𝗲𝘄𝗲𝗲𝗴𝘁 

Ook in de winter is beweging belangrijk. Tijdens het bewegen maakt je lichaam endorfine aan. Het is een gelukshormoon dat essentieel is in de winter. Heb je geen zin om te sporten? Maak het niet moeilijker dan dat! Maak een korte wandeling in het park, fiets naar je werk of breng je lunchpauze door in de buitenlucht. 

𝟯. 𝗦𝗹𝗮𝗮𝗽- & 𝗲𝗲𝘁𝗿𝗶𝘁𝗺𝗲 

De winterdip verstoort het ritme van dag en nacht. Slapen en eten op onregelmatige tijden maakt dit erger. Daarom is het belangrijk om een ritme te ontwikkelen en vast te houden. Probeer op een zo regelmatig mogelijk tijdstip naar bed te gaan en op redelijk vaste tijden te eten. Zo weet je lichaam beter waar het aan toe is.

𝟰. 𝗣𝗹𝗮𝗻 𝗶𝗲𝘁𝘀 𝗹𝗲𝘂𝗸𝘀 𝗶𝗻 

Zorg dat je in de winter af en toe een weekend weg gaat of iets anders gaat doen waar je erg gelukkig van wordt. Zo doorbreek je de negatieve spiraal en heb je iets om naar uit te kijken. 

𝟱. 𝗟𝗶𝗰𝗵𝘁𝘁𝗵𝗲𝗿𝗮𝗽𝗶𝗲 

Lukt het toch echt niet om met deze tips de winterdip te vermijden dan kun je denken aan lichttherapie. Bij lichttherapie ga je een aantal weken elke dag 10 tot 15 minuten onder een speciale lamp staan of zitten. Deze therapie zorgt ervoor dat de verstoring in je biologische klok wordt aangepakt door jezelf bloot te stellen aan licht. Het is aan te raden om voor lichttherapie eerst contact op te nemen met je huisarts.